Docuserie Mens & AI in de zorg - aflevering 3

Op welke manier kunnen patiënten en zorgprofessionals zich samen voorbereiden op een toekomstige samenwerking met AI? In deze derde en tevens laatste aflevering van de docuserie wordt gesproken over hoe patiënten beter in staat zijn hun gezondheid met AI beter te kunnen beïnvloeden en wat hierin cruciaal is. Op welke manier kunnen zij zich voorbereiden, als het gaat om het managen van hun eigen gezondheid/ziekte? Ook wordt er ingezoomd op het perspectief van de zorgprofessional en hoe de rol zich zal ontwikkelen.

*Muziek speelt* Beeldtekst: Mens & AI in de zorg. Hoe ziet die samenwerking er uit over tien jaar? Wouter van der Bij: In de vorige twee afleveringen verkenden we met experts... hoe AI zich zal ontwikkelen de aankomende jaren... en stonden we stil bij belangrijke kansen en vraagstukken die daarbij horen voor de zorg. We lieten zien wat het belang is van een samenwerking tussen mens en AI... en kwamen erachter dat robots de mens nog niet zó snel zullen overnemen. Kortom, het is aan onszelf om te bepalen hoe een toekomst met AI eruit zal zien in de zorg. Daarom staan we in deze derde en voorlopig laatste aflevering stil bij de vraag... hoe patiënten en zorgprofessionals zich kunnen voorbereiden op deze toekomst. Welke vragen heb jij daarbij? We vroegen het weer aan een aantal jonge patiënten en zorgprofessionals. Patiënten en zorgprofessionals: Als ziekenhuisarts ben ik benieuwd: Welke tips hebben jullie om me voor te bereiden op een toekomst met AI in de zorg? Op welke manier gaat AI mijn werk als zorgprofessional... in de toekomst verbeteren, versnellen of veranderen? Hoe kan ik, als patiënt... met artificial intelligence mijn gezondheid verbeteren of in de gaten houden? *Muziek speelt* Beeldtekst: Door de ogen van de zorg: Op welke manier kunnen patiënten en zorgprofessionals zich samen voorbereiden op een toekomstige samenwerking met AI? Ildikó Vajda: Van iedere burger zou ik verwachten dat hij een minimale basiskennis heeft... van de technologie en hoe het wordt ingezet, wat het kan, wat de gevaren zijn... net zoals we weten dat röntgenstraling schadelijk is... of kernafval. Wouter van der Bij: -Mooi. Ildikó Vajda: Dus er een klein beetje iets van weten... ik denk dat dat waardevol is. Er is niet iemand als dé patiënt. Sommige patiënten willen alles weten... en gaan zelf onderzoek doen en stellen heel veel vragen, zijn heel kritisch. Andere patiënten zullen... op het advies van de arts vertrouwen en dat volgen. Bart-Jan Verhoeff: Als zo'n algoritme vooral een logistiek effect heeft... dan zal die patiënt vermoedelijk niet eens doorhebben dat dat algoritme gebruikt wordt. Als het algoritmes zijn die bijvoorbeeld herkennen of een patiënt ernstig ziek is... om daar iets mee te doen, ook dan vraag ik me af wat die patiënt er direct van merkt. Het zou kunnen dat patiënten in de loop der tijd gewend raken... aan alle AI die ze in het dagelijks leven meemaken... en steeds een beetje bij de zorg-IT het gevoel houden... dat het allemaal wat archaïsch is. Wouter van der Bij: -Kijk. Bart-Jan Verhoeff: Omdat het gewoon op dat vlak wat meer ontwikkeltijd nodig heeft. Het belangrijkst is: die patiënt wil de beste zorg krijgen. Maarten Steinbuch: Een van de belangrijke dingen die eraan komen, zijn de wearables... dus de sensoren dicht bij jouw lijf die in de gaten houden hoe je conditie is. Je kan zo veel dingen tegenwoordig vrij eenvoudig meten. Dat heeft met voeding te maken, met je hartslag, met zweten... met of je valt of niet, dat kan je allemaal detecteren met wearables. Dus dingen die je draagt op je lijf worden, denk ik, de komende tien jaar heel belangrijk... met name ook om de situatie te hebben dat je als cliënt je eigen leven in handen hebt... dat je lekker kan blijven wonen waar je woont en dat er remote voor jou aandacht is... dat er mensen op afstand reageren als er iets aan de knikker is met jou. Gedreven door data die verzameld wordt op een privacyongevoelige manier... en dat er remote aandacht is, een valnet is, dat als er iets mis is er snel ingegrepen kan worden. Daarmee houden we die zorg ook houdbaar op langere termijn... terwijl we aan het vergrijzen zijn en veel te weinig zorgprofessionals hebben. Paul Elbers: Je moet je realiseren dat het denk ik belangrijk is om het gesprek aan te gaan met jouw arts... en hem of haar te vragen: Gebruiken jullie deze zaken al? Want ik heb begrepen dat dat misschien soms kan bijdragen aan betere beslissingen. Het zou heel fijn zijn als het al gebeurt, maar zo niet, dan kan dat misschien gaan gebeuren. Als het wel gebeurt, dan is het belangrijk om samen in gesprek te gaan. Op intensive care is het zo, zoals ik al uitlegde... dat we vaak niet met de patiënt direct communiceren... omdat die vaak te ziek is en niet in staat is om te praten. Vaak liggen de patiënten aan de beademing. Dan gaat het over de familie, maar... naar analogie van wat ik net vertelde... kun je met de familie in gesprek gaan over welke beslissingen er aangedragen worden... en welke adviezen er gegeven zijn, om daar samen de beste weg in te vinden. Wouter van der Bij: Zijn er... skills of kennis die zorgprofessionals zich echt eigen moeten maken om met AI te gaan werken? Vraagt dat iets van ze en wat is dat? Frank van Harmelen: Ja. Ik denk dat dat van twee kanten moet komen. We komen er niet als die community's... de gemeenschappen van de AI-onderzoekers en de zorgprofessionals gescheiden blijven. Wouter van der Bij: Wat is heel specifiek een onderwerp of iets wat je moet leren als je met AI aan de slag gaat... ten opzichte van het werken met een iPad of andere vormen van digitale ondersteuning? Frank van Harmelen: Ja, ik denk dat het nodig is... dat een AI-professional zich bewust is van de mogelijkheden en onmogelijkheden van de AI. Je ziet soms nu dat het doorslaat naar de extremen. Of mensen zijn extreem sceptisch en zeggen: Nee, wat ik in mijn tienjarige medische opleiding geleerd heb, kunnen jullie nooit verbeteren met AI. Dus een extreem negatieve houding tegenover AI. Of een extreem positieve houding over AI, van: O, het komt uit een AI-programma... dus het zal wel goed zijn. Wouter van der Bij: -Blind vertrouwen. Frank van Harmelen: Allebei zijn onzinnig. Maar voor een verstandig oordeel, om er op een verstandige manier mee om te gaan... moeten AI-professionals iets meer begrijpen van wat er wel en wat er niet kan met de huidige AI. Paul Elbers: Ik zeg tegen m'n collega's: Bereid je voor, want het komt eraan. Dus je kunt je er maar beter nu in verdiepen. Dat moet eigenlijk op twee niveaus: Het niveau van de individuele zorgverlener, artsen en verpleegkundigen. Ze moeten geschoold worden in de mogelijkheden en de onmogelijkheden van deze techniek. En dat begint, denk ik, bij de geneeskundeopleiding. Dus ik denk dat dokters ook geschoold moeten worden in de datawetenschappen... al was het maar op een niveau dat ze dat kunnen toepassen. Pim Haseslager: Ik denk ook dat we toe moeten, net zoals we rijbewijzen hebben, naar robotbewijzen. Zoals je niet met een auto de weg op mag zonder eerst theorie- en praktijkervaring te hebben... dat dat ook niet mag met dit soort systemen. Dat je echt even moet nadenken over de macht, de power die in dat soort systemen zit... en de schade die je daarmee kunt berokkenen bij ondeskundig gebruik. Koen Hindriks: De vraag is of we de situatie weer wat kunnen omdraaien... in de zin van dat wij ons niet hoeven aan te passen aan de technologie... maar dat de technologie zich aanpast aan ons. Wouter van der Bij: -Mooi. Koen Hindriks: Als we dat wat kunnen omdraaien, kunnen we al heel veel bereiken. Daniël Tjillink: Robots, of AI, gaan inderdaad een stukje van ons leven veranderen. Dat is echt eng en we weten niet zo goed hoe dat gaat. Aan de andere kant zijn we er altijd bij. De robot gaat ons niet overwinnen, dat is onzin, want mens en technologie zijn echt verbonden. Dus we gaan met z'n tweeën. Ik noem het vaak een dans, een beetje positief, of een worsteling... waarbij mens en machine samen dansen en samen worstelen, maar nooit alleen. Ik denk, voor patiënten... Die technologie komt, maar die moet zichzelf nog deels aanpassen. Dus het is heel belangrijk dat je als patiënt benoemt: Dit is voor mij wel fijn of niet. Deels moet je ook een beetje leren: Hoe kan ik hiermee omgaan? Net zoals we dat met een iPhone of met een computer moeten doen. Je zult digitaal gevoel krijgen, maar je mag ook wel terugduwen... want die waarden die wij hebben, of die patiënten hebben, zijn heel belangrijk. En patiënten zijn ook heel verschillend. Dus de een springt een gat in de lucht bij een bepaalde toepassing: Fijn, nu kan ik alles meten en weet ik alles. Anderen worden daar zenuwachtig van. Die willen misschien iets anders. Die willen een ander soort ondersteuning. Dat is steeds meer mogelijk, ook door die technologie... maar dan moet je wel zorgen dat dat teruggegeven wordt. Zorgprofessionals weten eigenlijk heel veel. Die kennen hun werk het best van iedereen. Dus de vraag aan hen is altijd: Waar helpt het je werk? Hoe moeten we die AI inrichten? Ze hebben ook heel veel power. Je ziet nu ook die scheiding van: O jee, technologie is eng en vervelend. Dat is extra geworden doordat de computer voor een deel van de zorgverleners... vertaald is in een soort administratieplicht, wat heel jammer is... want volgens gesprekken die we gehad hebben... werkt de nieuwe technologie best goed en zijn ze er ook wel enthousiast over... als ze maar weten waar het om gaat. Maar ze moeten erin meegenomen worden, ze moeten serieus genomen worden. Hun signalen zijn, naast die van de patiënten, heel belangrijk. Wouter van der Bij: Hoe een toekomst met AI eruit zal zien voor de zorg, staat niet vast. Eenduidige conclusies hebben we daar ook niet over. Maar gelukkig zijn er wel een hoop mogelijkheden om hiermee aan de slag te gaan. Daarom vroeg ik tot slot alle negen experts naar hun belangrijkste tip aan jou. Paul Elbers: Ik zou zeggen tegen patiënten en ook tegen zorgverleners: Wees niet te bang voor kunstmatige intelligentie. Beschouw het als de vriend... die over je schouder meekijkt, over de schouder van de arts... maar ook over de schouder van de patiënt om de behandeling voor jou als patiënt beter te maken. En ga dus ook het gesprek aan met de artsen van: Waarom gebruik je kunstmatige intelligentie en hoe? Maar vooral: Waarom gebruik je 't nog niet? Want er zijn zoveel mogelijkheden en ik denk dat het de wereld een stukje beter kan maken. Ildikó Vajda: Verdiep je een klein beetje in deze technologie, want dit is een systeemtechnologie. Daar ga je mee te maken hebben op alle terreinen in het leven, in deze maatschappij. En voor patiëntenvertegenwoordigers zou ik zeggen: Volg een cursus. Verdiep je ook en ga aan de slag in de praktijk... samen met alle stakeholders, om het een plek te geven in de zorg. Maarten Steinbuch: Ik denk dat het heel belangrijk is dat we elkaars taal beter gaan leren spreken... en dat we dus heel veel met elkaar praten... over hoe dit op een goede manier te implementeren is in de praktijk... voor de cliënt, de zorgprofessional en de ontwikkelaar van de technologie. Bart-Jan Verhoeff: Er zijn ongelooflijk veel cursussen en webinars en alles, op internet voorhanden... om je te verdiepen in AI, ook helemaal specifiek gericht op zorgverleners. Mijn advies is om die gewoon... om er daar één of twee van uit te kiezen en dat eens te volgen. Verdiep je in hoe AI gemaakt wordt, zonder te veel in de diepte te gaan... en wat dat voor vragen kan beantwoorden en wat het vooral ook niet kan. En kijk hoe jij er je voordeel mee kan doen. Koen Hindriks: Ik denk dat de belangrijkste tip is... dat we samen, patiënten, zorgmedewerkers en AI-onderzoekers... op zoek gaan naar de toegevoegde waarde die kunstmatige intelligentie kan bieden in de zorg... zowel als het gaat om preventie, als ook om betere kwaliteit te leveren. En op de lange termijn denk ik dat kunstmatige intelligentie enorm veel potentieel heeft... om die zeer gepersonaliseerde zorg te gaan leveren... zodat we heel goede zorg voor elk individu kunnen gaan leveren. Frank van Harmelen: Ik denk dat als je je wilt voorbereiden op de rol van AI in de zorg... of je nou patiënt bent of zorgverlener... je dan zou moeten kijken naar de Nationale AI-Zorg cursus. Die is online. Google even: Nationale AI-Zorg cursus. Die is heel toegankelijk en daar leer je echt over wat er al wel kan, welke kant het opgaat... en wat er ook nog niet kan. Nationale AI-Zorg cursus. Pim Haseslager: De belangrijkste tip die ik kan geven, is: denk van tevoren na over wat je vooral zelf wil blijven doen. Wat wil jij niet kwijt aan machines? Dat moet het uitgangspunt zijn. En natuurlijk parallel daaraan: Wat wil je vooral wel kwijt? Wat wil je het liefst uitbesteden? Dat moet het uitgangspunt zijn... voor de ontwikkeling en de toepassing van AI in de maatschappij. Daniël Tjillink: Zorg dat je erbij bent. Je bent als zorgverlener en patiënt ongelooflijk belangrijk. In principe wordt de technologie voor jullie gemaakt... dus zorg dat je in gesprek raakt met die technici en beleidsmakers... zodat jouw wensen daar ook echt inzitten, en jouw zorgen. Wij vanuit de Aanpak begeleidingsethiek helpen daarbij en vinden dat heel belangrijk. Egge van der Poel: AI is eigenlijk niks nieuws onder de zon. We willen altijd de best passende zorg leveren en ontvangen. AI gaat ons wel helpen om dat slimmer en sneller te doen, om sneller onze vragen te beantwoorden. Dus de beste manier om je voor te bereiden, is door om je heen te kijken... te kijken naar mooie voorbeelden en daar vragen bij te stellen... maar vooral te blijven beseffen dat jij er een rol in hebt... dat jij de vraag stelt, dat jij bepaalt of iets van toegevoegde waarde is, ja of nee. Dus wees actief. Ga niet achterover leunen... maar ga ermee aan de slag en leer gaandeweg wat het echt voor je kan betekenen. *Muziek speelt en fadet uit* Beeldtekst: Met welk advies ga jij morgen aan de slag om je voor te bereiden op een toekomst met AI in de zorg? Kijk ook naar de Nationale AI-Zorg cursus.